De vele meldingen die we ontvingen met betrekking tot de termijnen
neerlegging van de jaarrekening zijn niet in dovemansoren gevallen. Wij
hebben met aandrang begrip gevraagd aan minister van Economie Muylle en
aan de administratie voor deze problematiek en hebben – mede dankzij
jullie steun – gehoor gekregen.
Het advies 2020/08 van de CBN
bevestigt dat het uitstel van de algemene vergadering (op basis van het
KB nr 4 van 9 april 2020) tot gevolg heeft dat ook de termijn van
neerlegging van de jaarrekening bij de NBB mee verschuift. Bovendien
wordt de maximale termijn van zeven maanden, te tellen vanaf de datum
van het afsluiten van het boekjaar, bij gebrek aan een algemene
vergadering eveneens verlengd met tien weken. Ten slotte verschuift ook
de termijn voor de heffing van de bijdrage voor laattijdige neerlegging
met tien weken.
Bovendien werd het Ministerieel Besluit van 16 juli 2020
gepubliceerd, waardoor de rechtspersonen waarvan de jaarrekening werd
afgesloten tussen 1 september 2019 en 31 december 2019 en die hun
jaarrekening hebben neergelegd voor de elfde maand volgend op de
afsluiting van het boekjaar, worden vrijgesteld van de bijdrage voor
laattijdige neerlegging. Er is met andere woorden een algemene
vrijstelling van de bijdrage tot en met 31 oktober 2020. Op te merken
valt wel dat de bestuursaansprakelijkheid in geval van laattijdige
neerlegging van de jaarrekening onverkort blijft gelden, zelfs al is er
een vrijstelling voor de bijdrage voor laattijdige neerlegging.
Met confraternele groeten,
Bron: Itaa