NL
|
FR
Login
Paswoord vergeten?
Home
KVABB
Lid worden
Stagiairs
Opleidingen
Informatie
Contact
Veelgestelde vragen
Berichten
Polls
Links
KMO-portefeuille
0900 - Telefoonnummer
KVABB-Bibliotheek
<
maart 2024
>
ma
di
wo
do
vr
za
zo
26
27
28
29
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
1
2
3
4
5
6
7
29/03/24 -
WEBINAR (Regio Vlaanderen) -
@ctuaFisc - Fiscaal en boekhoudkundig maandoverzicht
22/04/24 -
WEBINAR (Regio Gent) -
Financiële analyse en fundamentele principes van het financieel bedrijfsbeheer
23/04/24 -
WEBINAR (Regio Brugge) -
Update vennootschapsbelasting AJ 2024
23/04/24 -
WEBINAR (Regio Hasselt) -
Update vennootschapsbelasting AJ 2024
25/04/24 -
WEBINAR (Regio Gent) -
Fiscale en juridische valkuilen bij 5 bijzondere balansposten
meer ...
27/02/24 -
Nieuwsbrief KVABB - Nr. 02.2024 - maart 2024
18/12/23 -
Nieuwsbrief KVABB - Nr. 01.2024 - januari 2024
14/11/23 -
Brief aan minister Van Peteghem ivm afschaffing van de commerciële certificaten en de BTW-rekeninguittreksels
20/10/23 -
Nieuwsbrief KVABB - Nr. 06.2023 - november 2023
13/10/23 -
Brief aan minister Van Peteghem ivm uitstel indienen Personenbelasting via TOW
meer ...
VenB - afzonderlijke aanslag van 309% - toepassingsvoorwaarden - wettelijke afwijking - strafrechtelijk karakter - vermindering van de aansla
17/10/14
Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg van Bergen van 10.04.2013 - Het geschil houdt verband met twee aanslagen, ingekohierd ten laste van een vennootschap overeenkomstig de afzonderlijke aanslag van 309%. De bvba diende geen fiches 281.20 en 281.50 in. Naar aanleiding van een verzoek van de administratie diende de boekhouder van de vennootschap laattijdig een fiche 281.20 in, maar hij diende geen fiche in voor bezoldigingen die werden toegekend aan een niet-geïdentificeerde persoon. De rechtbank verklaart dat er een onderscheid moet worden gemaakt tussen de bezoldigingen aan bedrijfsleiders, welke werden betaald aan de heer L., en die welke werden betaald aan een zekere Robert, die niet nader wordt geïdentificeerd. Wat die laatste betreft betwist de vennootschap niet echt dat de toepassingsvoorwaarden voor de afzonderlijke aanslag verenigd zijn. In dit geval kunnen noch een wettelijke uitzondering, noch de administratieve tolerantie, noch de beoordelingsbevoegdheid van de rechtbank kunnen ingeroepen om er de nietigverklaring van te vorderen. Voor wat de bedrijfsleider betreft beweert de vennootschap dat de toepassing van
artikel 219 van het WIB
niet zou kunnen ingeroepen aangezien er wel degelijk een fiche 281.20 werd voorgelegd door de boekhouder in antwoord op het bericht van wijziging. De rechtbank stelt evenwel vast dat de enige ingediende fiche, die niet volledig is, niet tijdig werd ingediend bij de bevoegde administratieve dienst, en dat er geen opgave 325.20 bij werd gevoegd. De vennootschap beweert dat de belasting van de afzonderlijke aanslagen die door de administratie werden doorgevoerd niet kan worden gerechtvaardigd voor wat de bezoldigingen aan de bedrijfsleider betreft, aangezien die wel degelijk een aangifte in de personenbelasting zou hebben ingediend voor de inkomsten van het jaar 2008. De aangifte in de PB werd evenwel laattijdig ingediend.
Artikel 219, alinea 4 van het WIB
kan evenwel slechts worden ingeroepen indien de belastingplichtige aantoont dat het bedrag van de uitgaven of voordelen “begrepen is in een door de genieter overeenkomstig
artikel 305
ingediende aangifte”, namelijk binnen de termijnen. De rechtbank weerlegt dat argument dan ook. De vennootschap beweert tot slot dat de bijzondere aanslag een strafrechtelijk karakter heeft en verzoekt de rechtbank dan ook om zich tegen het behoud van die straf te verzetten, rekening houdend met het onevenredige karakter ervan. De rechtbank verwijst naar de rechtspraak van het Hof van Cassatie met betrekking tot het strafrechtelijk karakter van de afzonderlijke aanslag. Ze verklaart dat het, hoewel het in voorliggend geval is aangetoond dat er wel degelijk wordt voldaan aan de wettelijke toepassingsvoorwaarden van
artikel 219 van het WIB
, toch ook bewezen is dat de staat geen enkel verlies van belastingen of sociale bijdragen heeft geleden, aangezien die laatste op basis van de inlichtingen die laattijdig door de boekhouder van de vennootschap werden bezorgd, de personenbelasting kon vestigen ten laste van de bedrijfsleider. Het schadevergoedende karakter van de bijzondere aanslag kan bijgevolg niet worden volgehouden. Aangezien een dergelijke, uitermate strenge sanctie in casu niet gericht is op het herstel van schade, maar in de eerste plaats op het voorkomen van de herhaling van dergelijk gedrag, heeft ze volgens de rechtbank wel degelijk een strafrechtelijk karakter in de zin van artikel 6 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Het opleggen van een afzonderlijke aanslag, die werd berekend tegen het werkelijke tarief van 309%, vindt de rechtbank dan ook volledig buiten verhouding. Rekening houdend met het aftrekbare karakter van de afzonderlijke aanslag zelf is de rechtbank van oordeel dat de ontradende doelstelling van de sanctie naar behoren wordt nagestreefd door het aanslagtarief te verlagen tot 50%.
Bron : fiscalnet
terug