Recht op aftrek - Kosten van spijzen en dranken

19/03/15
13/03/2015

Beslissing Btw nr. E.T.124.247 dd. 13.03.2015

Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Operationele Expertise en Ondersteuning

Dienst BTW

Belasting over de toegevoegde waarde

Beslissing Btw nr. E.T.124.247 dd. 13.03.2015

Recht op aftrek

Kosten van spijzen en dranken

Artikel 18, § 1, tweede lid, 11°, van het Btw-Wetboek

Artikel 45, § 3, 3°, van het Btw-Wetboek

Onderhavige beslissing heeft tot doel het standpunt van de administratie te verduidelijken met betrekking tot het recht op aftrek van btw geheven van kosten van onthaal of van kosten van logies, spijzen en dranken in de zin van artikel 18, § 1, tweede lid, 10° en 11°, van het Btw-Wetboek wanneer die kosten een publicitair karakter hebben.

Wat het toepassingsgebied van artikel 45, § 3, 4°, van het Wetboek betreft, dat van het recht op aftrek uitsluit de btw geheven van kosten van onthaal, wordt eraan herinnerd dat de administratie zich reeds in het verleden heeft neergelegd bij het arrest van het Hof van Cassatie van 08.04.2005, nr. C.02.0419.N. In dat arrest heeft het Hof bevestigd dat kosten van ontspanning en vermaak die worden gedaan met het oog op de promotie van bepaalde diensten of goederen moeten worden aangemerkt als publiciteitskosten met een strikt professioneel karakter. Dergelijke kosten kunnen volgens het Hof niet aangemerkt worden als kosten van onthaal en vallen niet binnen het toepassingsgebied van die aftrekuitsluiting (zie beslissing E.T.109.632 van 24.07.2005).

Overeenkomstig artikel 45, § 3, 3°, van het Wetboek komt de belasting geheven van de kosten van logies, spijzen en dranken in de zin van artikel 18, § 1, tweede lid, 10° en 11°, van het Wetboek in beginsel niet voor aftrek in aanmerking. Worden evenwel niet beoogd door deze bepaling: de kosten die worden gedaan voor het personeel dat buiten de onderneming belast is met een levering van goederen of een dienstverrichting alsook de kosten gedaan door belastingplichtigen die op hun beurt dezelfde diensten verstrekken onder bezwarende titel.

Wat de draagwijdte van artikel 45, § 3, 3°, van het Wetboek betreft dient men rekening te houden met de rechtspraak van het Hof van Cassatie van 11.03.2010, in de zaak nr. F.09.0019.N (Belgische Staat t/NV Cache Cache) [niet gepubliceerd]. Het Hof heeft beslist dat de btw geheven van kosten met betrekking tot een activiteit die hoofdzakelijk en rechtstreeks tot doel heeft potentiële kopers in te lichten over het bestaan en de hoedanigheden van een product of een dienst met de bedoeling de verkoop ervan te bevorderen moet aangemerkt worden als btw geheven van publiciteitskosten. Deze kosten vallen niet onder de aftrekuitsluiting.

In het arrest van 15.06.2012, nr. F.11.0095.F (Belgische Staat t/SA Etablissements Genet) bevestigt het Hof van Cassatie deze zienswijze.

De administratie schikt zich naar deze rechtspraak van het Hof van Cassatie.

Rekening houdend met de feitelijke elementen van de zaken waarin het Hof een arrest heeft geveld aanvaardt de administratie het recht op aftrek van btw geheven van kosten die een belastingplichtige maakt in het kader van een evenement dat hij organiseert voor zijn bestaande klanten of potentiële klanten en dat hoofdzakelijk en rechtstreeks tot doel heeft de verkoop van welbepaalde producten of diensten te bevorderen. Bedoelde kosten worden in die omstandigheden niet aangemerkt als kosten van logies, spijzen en dranken in de zin van artikel 45, § 3, 3°, van het Wetboek, noch als kosten van onthaal in de zin van artikel 45, § 3, 4°, van het Wetboek, maar als publiciteitskosten met een professioneel karakter.

Het spreekt voor zich dat de belastingplichtige, bij toepassing van artikel 45, § 1, van het Wetboek, geval per geval, zal moeten aantonen dat de kosten daadwerkelijk worden gemaakt in het kader van een activiteit ten behoeve van zijn bestaande of potentiële klanten die hoofdzakelijk en rechtstreeks een publicitair doel heeft met de bedoeling de verkoop van zijn producten of diensten te bevorderen.

Onderhavige beslissing vervangt integraal de beslissingen nr. E.T.109.632 van 24.07.2005 en nr. E.T.120.663 van 02.12.2011.

Jozef MARCKX

Adviseur-generaal


© FOD Financiën, 19/03/2015, www.fisconetplus.be

bron : fiscalnet 


terug