BTW - Aftrek - Beroepsmatig gebruik van een gebouw dat ook als woning wordt gebruikt

17/03/17
Arrest van het Hof van Beroep te Brussel dd. 11.01.2017 - De betwisting betreft een dwangbevel inzake BTW uitgevaardigd lastens een onderneming werkzaam als boekhouder en boekhouder-fiscalist. Bij notariële akte betreffende de verkoop van een bouwgrond, deed de BTW-plichtige de aankoop voor het vruchtgebruik voor een periode van 20 jaar, terwijl haar zaakvoerster de blote eigendom aankocht. Op deze grond werd nadien een woning opgericht door de BTW-plichtige. Bij de bouwwerken werden eveneens ruimtes voorzien voor kantoren. Naar aanleiding van een controle van de BTW-plichtige werd een proces-verbaal opgesteld waarin te lezen valt dat de verbaliserende ambtenaar op basis van een plaatsbezoek vaststelde dat de structuur van de woning een gezinswoning betreft, bewoond door de zaakvoerster; dat het gezin uit vier personen bestaat; dat op grond van een in het proces-verbaal gegeven berekening, gebaseerd op oppervlaktes van de kamers, daarbij een vergelijking makend tussen de volgens de verbaliserende ambtenaar beroepsmatig gebruikte ruimtes en andere ruimtes, 31% van de oppervlakte van de woning beroepsmatig wordt gebruikt en 69% privé. De stelling van de BTW-plichtige is dat het beroepsmatig gebruik op 50% van het totale gebruik moet worden bepaald. Het hof van beroep stelt dat voor de bepaling van het beroepsgebruik voor BTW-doeleinden van een deel van het gebouw dat ook als woning wordt gebruikt, de oppervlakte geen verplicht en uniek criterium is, doch, dat dit samen met andere factoren zoals de intensiteit van het beroepsgebruik en de belangrijkheid van de lokalen in aanmerking genomen moet worden. Er bestaat geen discussie over de omvang van het beroepsgebruik van de bureel- en ontvangstruimte, de wachtruimte, de ruimte voor archief, server en stookplaats en het sanitair. Aangaande de omvang van de ruimtes waarover nog discussie bestaat, oordeelt het hof dat aangenomen kan worden dat:  - een gedeelte van de living, vergaderruimte genoemd, bij gelegenheid en zelfs regelmatig als ruimte om te vergaderen gebruikt wordt;  - de keuken zowel privé als beroepsmatig gebruikt wordt en dat hetzelfde geldt voor het sanitair;  - een groot gedeelte van de zolder beroepsmatig wordt gebruikt als archief- en opslagruimte en dat derhalve de trap en overloop ook beroepsmatig gebruikt worden;  - het wel eens gebeurt dat de zaakvoerster en de medewerkers van het terras gebruik maken. Bij zijn beoordeling betrekt het hof het feit dat de zaakvoerster bij het BTW-kantoor een verklaring indiende met het oog op het verkrijgen van het verlaagd tarief inzake BTW van 6% op de bouwwerken op een eerste schijf van 50.000,00 EUR, dit omdat de te bouwen woning wel niet uitsluitend doch wel hoofdzakelijk als privéwoning gebruikt zou worden. Het kan ook moeilijk worden aangenomen dat de volledige zolder nodig is voor het bewaren van documenten in het kader van de BTW-activiteit van de BTW-plichtige, terwijl een gezin van vier personen ook woont in de als compact voorkomende woning zonder kelder. Het hof van beroep besluit dan ook, rekening houdend met het voorgaande en na onderzoek van plannen van de woning en foto's van de litigieuze ruimtes, dat het gebruik van de woning in het kader van de BTW-activiteit 37,5% van het totale gebruik uitmaakt. Aangaande de opgelegde boete, beslist het hof van beroep in het kader van een toetsing met volle rechtsmacht dat door de BTW-plichtige inbreuken werden gepleegd op de aftrekregeling ten aanzien van goederen en/of diensten die volledig bestemd zijn voor privé- of andere doeleinden dan de economische activiteit van de BTW-plichtige. Het betreft geen louter principiële rechtsvraag maar een onderzoek van voorliggende feiten. De proportionele geldboete leidt tot een sanctionering evenredig met de omvang van de inbreuken.  bron : fiscalnet

terug